Laadtijd website meten in Analytics – tips!
De snelheid waarmee een pagina laadt wordt automatisch weggeschreven in het zogenaamde sitesnelheid rapport van Google Analytics. Dit rapport kun je vinden in het menu aan de linkerzijde van het scherm: Gedrag » Sitesnelheid » Paginatiming. Per pagina wordt de gemiddelde laadtijd weergegeven. Hieronder wordt uitgelegd wat je met dit rapport kunt.
Tip 1. Niet alle pageviews worden doorgemeten
Houd er rekening mee dat bij een standaardimplementatie de snelheid van een pagina niet voor iedere bezoeker gemeten wordt. In de kolom ‘voorbeeld van laadtijd van pagina’ wordt het aantal snelheidsmetingen vertoond. Wil je de snelheid voor elke bezoeker meten? Volg dan dit stappenplan.
Tip 2. Verzamel voldoende gegevens
Een betrouwbare analyse vereist dat er eerst genoeg gegevens worden verzameld, want een gemiddelde laadtijd van een pagina zegt niet zoveel wanneer deze maar één of twee keer gemeten is. Zorg ervoor dat de gemiddelde laadtijd gebaseerd is op minimaal honderd metingen. Dat kan bijvoorbeeld door meerdere maanden te selecteren in de kalender.
Tip 3. SEO en sitesnelheid
Sitesnelheid is een belangrijke SEO-factor; een snelle website resulteert niet alleen in hogere posities, maar ook in een beter converterende website. Bij voorkeur wordt sitesnelheid optimalisatie een terugkerend aandachtspunt binnen SEO. Want voor snelheid geldt net als voor SEO dat een voortdurende implementatie van kleine verbeteringen, tot een beter resultaat leidt dan een éénmalige, intensieve optimalisatie.
- Bepaal welke pagina’s traag laden. Let daarbij vooral op de pagina’s die veel bezocht worden. Snelheidsverbeteringen op dergelijke pagina’s hebben immers de grootste impact.
- Kies een pagina uit waarvan de snelheid verbeterd moet worden. Analyseer deze met de pagespeed tool van Google.
- Voer de suggesties van de pagespeed tool door.
- Houd de gemiddelde laadtijd van de pagina bij en kijk wat er gebeurt met bouncepercentages, conversies, enzovoort.
Tip 4. Vergelijk laadtijd met bouncepercentage
Wanneer een pagina is geoptimaliseerd, is het van belang om na te gaan wat voor resultaat de verbeteringen hebben opgeleverd. Vergelijk hiervoor de gemiddelde laadtijd met het vertrekpercentage. Als veel bezoekers de website vanwege lange laadtijden direct verlaten, dan zal het vertrekpercentage waarschijnlijk dalen als de laadtijden afnemen. Mocht het vertrekpercentage ondanks de snelheidsoptimalisatie hetzelfde blijven, dan vertrekken bezoekers om een andere reden. De relatie tussen laadtijd en vertrekpercentage is als volgt te analyseren:
- Ga naar het rapport Gedrag > Sitesnelheid.
- Kies een periode. Let erop dat er genoeg gegevens zijn van zowel voor als na de snelheidsverbeteringen.
- Selecteer boven de grafiek ‘gem. laadtijd van pagina‘ vs ‘Bouncepercentage’ zodat in de grafiek deze twee statistieken worden getoond.
- Kies tenslotte een weergave die de trend het duidelijkst laat uitkomen: per dag, per week of per jaar.
In de grafiek worden nu twee lijnen vertoond: één voor bouncepercentage en één voor gemiddelde laadtijd. Een daling in beide lijnen indiceert een succesvolle snelheidsoptimalisatie.
Tip 6: Vergelijk laadtijd met conversies
Uit onderzoek is gebleken dat kortere laadtijden leiden tot meer conversies, en daarom is de conversieratio een belangrijke graadmeter voor snelheidsoptimalisatie. Het resultaat van de optimalisatie is te bepalen door laadtijden af te zetten tegen behaalde doelen. Dit kan niet in het standaardrapport ‘sitesnelheid’ en daarom zijn voor deze analyse aangepaste rapporten nodig. Selecteer in een nieuw aangepast rapport de statistieken ‘gemiddelde laadtijd’, ‘voorbeeld van laadtijd’ en ‘behaalde doelen’ en kies vervolgens ‘pagina’ als dimensie. Zet deze gegevens af in de grafiek van het aangepaste rapport, door de stappen van tip vier te herhalen. Uiteraard is het mogelijk om hier nog andere statistieken of dimensies naar wens toe te voegen.